12 feb 2017.
Na ruim een half jaar actie voeren om voldoende geld in te zamelen voor de stamceltransplantatie, was het vanmorgen dan zo ver. Eind december kregen we te horen dat Boudewijn, onverwacht snel, terecht kan in Moskou. Hoewel nog niet het hele bedrag bij elkaar is, besluiten we deze kans te grijpen. Het alternatief is nog minimaal een half jaar wachten en Boudewijn gaat hard achteruit. Het bedrag dat we nog tekort komen (€15.000,00) moet te behalen zijn, geloven we. Zeker met de acties die nog in het verschiet liggen.
Bij de bagage-dropoff blijkt dat Boudewijn (zijn koffer) overgewicht heeft. Wanneer de boete hiervoor betaald is en de koffers zijn gelabeld, is het een uur later. Moeders wil nog even met elkaar een kop koffie doen voor vertrek. Om zichzelf wat ontspanning in te drinken, bestellen Boudewijn en Chris een Irish Coffee. Dat hebben ze niet. We bestellen dan maar een whisky, 2 koffie en slagroom. De slagroom moet vanuit een ander restaurant komen, maar dat gaat de mejuffrouw voor ons regelen. Ze staat vandaag alleen, dus het kan even duren. Na een half uurtje beginnen we toch wat onrustig te worden.. over 45 min vertrekt het vliegtuig. De koffie, waarvan we er uiteindelijk twee gratis kregen voor het geleden ongemak, hebben we laten staan.
De Drie Musketiers: één voor allen, allen voor een!
Op naar de gate. Nog even snel een foto, een kus, een traan, een lach, een knuffel en dan gaan. Oke, nog een foto dan.
Die vlucht gaan jullie sowieso niet meer redden.
Bij de douane staat een rij van 20minuten. Boudewijn krijgt steeds meer moeite met lopen en we vragen een dame van de marechaussee om een rolstoel. Op haar gemak gaat ze op zoek. Want, “die vlucht gaan jullie niet meer halen hoor”, vertelt ze ons vol overtuiging.
Lichte paniek maakt zich van ons meester. Haar mannelijke collega doet het hek voor ons open en zo staan we ineens vooraan in de rij. De vrouwelijke variant roept nog of ze toch geen rolstoel moet halen. Volgens haar kunnen we wel rustig aan doen, want die vlucht redden we écht niet meer. Slik. Staan we hier eindelijk op het vliegveld om de droom van Boudewijn te verwezenlijken, missen we de vlucht! Diverse horrorscenario’s vliegen langs mijn netvlies: alsnog met een russisch vliegtuig, overstap, midden in de nacht aankomen, extra kosten, niet op tijd in het ziekenhuis, enz.. De optelsom van deze gedachten, samen met de druk en spanning van de afgelopen periode, komen tot uitbarsting in een lichte paniekaanval. Grote zus, niet snel van haar stuk en altijd een oplossing paraat, weet niet wat te doen en barst in tranen uit.
Een uiterst vriendelijke meneer, ook van de marechaussee vraagt wat er aan de hand is. Hortend en stotend weten we uit te brengen dat we de vlucht niet meer halen en dat Boudewijn naar het ziekenhuis moet in Moskou. De vriendelijke meneer vertelt met tranen in zijn ogen dat hij ons gaat helpen de vlucht alsnog te halen. Hij doet wat hij kan om ons te kalmeren en snel door de securitycheck te lozen. Als kleine hulpeloze kinderen laten we ons, stap voor stap, door hem begeleiden. Ook nog even schoenen uit, laptop uit de tas en oh, de halve beautycase kan de prullenbak in. Alle nieuw gekochte flessen shampoo, conditioner, douchegel, make-upremover en deo mogen niet mee. (In de voorbereiding op deze reis, zijn dit soort standaard dingen een beetje over het hoofd gezien..) Verdwaasd laten we het allemaal maar gebeuren. De drie seconden die we met de armen omhoog in het poortje staan, lijken minuten te duren. Hoewel ik hier normaal gesproken nog hysterischer door zou worden, geeft het me ook een gerust gevoel dat iedereen zo goed gecontroleerd wordt. Onze reddende engel loodst ons naar zijn collega bij de douane en legt snel onze situatie uit. Wanneer zij hoort dat we naar gate 25 moeten, slaat ze haar ogen ten hemel. Dat belooft niet veel goeds. Toch laat ook zij ons voor gaan.
“Bent u verkouden mevrouw?”, vraagt de douanier. “Nee,” snik ik nog na, “ik ga mijn vlucht missen en mijhijnn broer moet.. voor een behandeling naar het ziekenhuis en……”, daar zijn de tranen weer. De man geeft snel de paspoorten terug.
Op naar de gate. Dat blijkt toch nog een eind lopen. 11.10u moesten we boarden, 11.40 staat het vertrek gepland. Inmiddels is het 11.35uur. Ik zie Boudewijn achter Chris en mij aan strompelen en realiseer me dat we het niet gaan redden. Wandelen is voor hem normaal al een uitdaging. Met deze tijdsdruk en spanning voor wat komen gaat, moet dit helemaal een hel zijn voor hem. Maar, zonder te mopperen (en dat is heel wat voor Boudewijn), volgt hij ons. Wat een kanjer!
Dan staat er plots zo’n blauw vliegveldautootje. Ik vraag me af hoe moeilijk en strafbaar het is om deze kar zelf te besturen, wanneer ik twee schipholmedewerkers zie. Ik klamp ze aan en begin een onsamenhangend verhaal. Enige logica is in mijn hoofd ver te zoeken. Gelukkig zijn de twee snel van begrip en zeer behulpzaam. Ondanks het briefje ‘gereserveerd’ op de auto, pakt de vrouwelijk medewerkster het stuur en doet wat ze kan om, zonder te hoeven remmen, snel naar de gate te rijden. Daar is het akelig stil.
Gelukkig blijkt er toch nog een stewardess aanwezig en we mogen doorlopen. Van enige stress of tijdsdruk is bij het cabinepersoneel niets te merken. Er staan nog meer mensen te trappelen in de slurf.
We hebben het gered!!
Wanneer we zitten, kunnen we eindelijk opgelucht ademhalen. Wat een avontuur.
Eenmaal in de lucht concluderen we dat het maar goed is dat we alle drie zo eigenwijs zijn. Als we naar de eerste mevrouw van de marechaussee hadden geluisterd, hadden we nu niet in de lucht gezeten. De moraal die we uit het avontuur halen (naast de les dat we voortaan eerst langs de douane gaan en dan pas koffie gaan drinken), is dat je altijd moet knokken om je doel te behalen en dat niets onmogelijk is. Als we in de rij waren gaan staan, of hadden moeten lopen, hadden we de vlucht zeker niet gehaald. Dankzij de hulp en het adequaat ingrijpen van een aantal erg vriendelijke medewerkers van Schiphol hebben we het ‘onmogelijke’ toch bereikt.
Zo zijn er ook mensen die zeggen dat het bij elkaar krijgen van €65.000,00 onmogelijk is. En dat genezing van MS onmogelijk is. Het eerste hebben we bijna voor elkaar en het tweede moet de tijd uitwijzen. Maar …. niet geschoten is altijd mis!
We besluiten dat we vaker met zijn drieën op reis gaan.
Met “mr. Grey” naast ons, een ontzettend leuke, behulpzame crew en tot onze verrassing toch een maaltijd (pasta met olvarit) en gratis drankjes (prima wijn) hebben we een prima vlucht.
Bij aankomst op het vliegveld van Moskou lijken we in een andere wereld terecht gekomen. We zien aan het logo dat er een Burger King is, maar hoe je er een dubbele whopper kaas zou moeten bestellen? Echt NIETS is leesbaar. Gelukkig zijn er weinig wegen die we kunnen volgen, dus we lopen achter de meute aan naar de douane. Dit blijkt een serieuze aangelegenheid en Boudewijn maant Chris en mij regelmatig tot stilte. Waarop het mij nog meer moeite kost om de slappe lach te stoppen. Wanneer Chris bij de balie staat en de douanebeambte haar paspoort checkt, stel ik me voor hoe hij zou kijken als op haar paspoort de foto zou staan die we net in het vliegtuig gemaakt hebben met snapchat en faceswap.
In de aankomsthal staat een aantal gevaarlijk uitziende taxi-chauffeurs op ons te azen en ik ben blij en dankbaar dat het ziekenhuis taxichauffeur Vladimir heeft gestuurd. “Vlad”, zoals we hem mogen noemen, spreekt weinig engels en zo wordt het een rustige rit, met ‘relax-fm’ op de achtergrond. Vriendelijke en Veilige Vlad brengt ons naar het hotel, dat naast het Kremlin blijkt te liggen. Imposant zo in het donker met de witte aftekening van de sneeuw.
Het hotel ziet er mooi en netjes uit en ligt in een levendige wijk, zo is de eerste indruk. Het personeel bij de receptie spreekt beperkt engels, het is lastig uitleggen wat we willen. Later blijkt er een verklaring voor de terughoudende en achterdochtige benadering van het receptiepersoneel. In een poging om uit te leggen dat we de eerste twee nachtjes graag met zijn drieën op de kamer willen, heb ik volgens Boudewijn en Chris gezegd dat onze broer ‘sleeps with us’. Iets wat ons later onder het genot van een overheerlijke pizza in het hotelrestaurant weer luid doet schateren.
Brat en Sestra: we hebben tranen gelachen, onnozel gedaan. En tenslotte…
3aBtpa!